A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Jezus de Levensvorst


 

 Nain

 

Nain overdag. Er is nu een kerk gebouwd. Hier vond een dode-opwekking  plaats. Het was een jonge man , de enige zoon van een weduwe. Het stadje heet nu Naïn en ligt 9 km ten zuidoosten van Nazaret.

Nain bij avond Opgravingen in Naïn. Bij avond.
Vlak bij deze stadsmuur bevond zich de stadspoort waar Jezus de rouwstoet tegenkwam.
Op de achtergrond zie je weer de berg Tabor

========================================

Niet lang daarna ging Jezus naar een stad die Naïn heet, en zijn leerlingen en een grote menigte gingen met hem mee (Luc.7: 11).
Toen de Heer haar zag, werd hij door medelijden bewogen.

Je moet er eens opletten, dat Lucas in vers 13 ineens in plaats van de naam Jezus de titel Heer gebruikt. Niet: toen Jezus haar zag, maar toen de Heer haar zag.

Daarvóór en daarna lezen we telkens Jezus.De titel Heer is al een verkondiging.

Jezus als de Levensvorst, de overwinnaar van de dood.

Vanuit deze geschiedenis mogen we ook denken aan de Paasmorgen!

Dit Héér-zijn van Jezus moeten we zien in het licht van de oeverloze ontferming van Jezus met de moeder. Jezus kijkt anders dan wij. Hij kijkt, terwijl Hij "met medelijden bewogen is"

Als Jezus de baar aanraakt, wordt hij zelf verontreinigd. Dit contact met de dood is de ergste bezoedeling volgens de rabbijnen.

Het lichaam van de jongen was in een laken gewikkeld.

Vrienden droegen de baar en werden gevolgd door ingehuurde rouwklagers.

 

Vrouwen in staart stoet

Vrouwen bevonden zich in de staart van de stoet. Hier heeft Jezus de weduwe ook opgemerkt. Van hieruit is hij naar voren gelopen om de baar aan te raken. Jezus had tijdens zijn verblijf op aarde veel aandacht en ontferming  voor vrouwen. Weduwen, prostituees, maar ook vele anderen. 

Het is mij opgevallen dat Lucas dat vooral wil vertellen aan Theofilus, de hoge Romeinse ambtenaar.

In hoofdstuk 7 kom je dan die weduwe tegen en de 'zondares' en in het begin van hoofdstuk 8 weer drie andere vrouwen, namelijk die drie vriendinnen die Jezus en de discipelen met veel liefde verzorgd hebben. uit eigen middelen.

Onder haar bevond zich zelfs de vrouw van de rentmeester van Herodes. Voor Theofilus die Lucas om nadere informatie had gevraagd  (Lucas 1:3b)moet dan een openbaring geweest zijn, want in het Romeinse rijk was de vrouw niet in tel. Ze was  een wegwerpartikel en een gebruiksvoorwerp.