A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Belastingmunt


  “Geef de keizer wat de keizer toebehoort en aan God  waar Hij recht op heeft”  Matt.22:13-16 Deze woorden van Jezus hebben een enorme diepte.

 

Op de munt die men Jezus liet  zien was het beeld van keizer Tiberius afgebeeld. Jezus vergelijkt zich met een belastingmunt,  Wij kunnen daarmee onze schuld aflossen aan God.

Keizer Augustus. Hij was de goddelijke keizer, en de goddelijke Tiberius was zijn zoon. De belastingmunt met het beeld van Tiberius was bvestemd voor de keizer, maar wij ontvangen Jezus. Hij is beeld van God de Vader en hij is de ;munt; die wij God kunnen betalen

Aan de gezichten van de Herodianen en Farizeeen kon je zien dat  ze met kwalijke bedoelingen naar Jezus kwamen.

 

Kruis of munt?

We betalen onze schuld bij God niet af met een Romeinse munt, maar met het kruis.

 Vaak denken uitleggers dat Jezus hier een pleidooi voert voor scheiding tussen kerk en staat: Dat is nog geen evangelie! Zo simpel ligt het niet omdat Jezus zich in Matt.22 vergelijkt met een belastingmunt. Op die belastingmunt heeft de heilige God recht. God geeft ons deze belastingmunt om onze schuld voor God te betalen. Laten we eens kijken naar de tekst.

Jezus uitgehoord

Met de Herodianen sturen de Farizeeën enkele van hun leerlingen naar Jezus toe om hem uit de tent te lokken en vervolgens aan te klagen.” Ze gaan hem vleien. Ze noemen hem rabbi:”Meester wij weten dat u oprecht bent en in alle oprechtheid onderwijs geeft over de weg van God. We weten dat u zich aan niemand iets gelegen laat liggen, u kijkt immers niemand naar de ogen. Zeg ons daarom wat u vindt:is het toegestaan de keizer belasting te betalen of niet?

Een belastingmunt

“Jezus antwoordt:laat me de belastingmunt zien” Ze reikten hem een denarie aan. Hij vroeg hun: van wie is dit  een afbeelding en van wie is het opschrift?” Ze zeiden:” Van de keizer”.  Jezus antwoordde:”Geef dan wat van de keizer is aan de keizer en geef aan God wat God toebehoort.”

Doodvonnis ondertekend

Daarmee ondertekent Jezus zijn eigen doodvonnis. Want wat behoort aan God? Op welk hoofdgeld heeft God recht? Jezus vergelijkt  zich met een belastingmunt. Maar hij mag niet aan de keizer worden gegeven. Hij moet aan God worden gegeven. Hij is in feite de belasting die hij aan God moet geven.

  

Denarie

De belastingmunt was toentertijd een denarie en vertoonde het hoofd van Tiberius met de tekst “Keizer Tiberius, verheven zoon van de goddelijke Verhevene” Matt.22:16

Jezus is het beeld van God

Net zoals  de denarie het beeld van de keizer draagt, zo draagt Jezus het beeld van God!De keizerlijke munt is om aande keizer het hoofdgeld te betalen, maar de goddelijke Jezus is om aan God het hoofdgeld te betalen. Hij is als het ware onze belastingmunt voor God. Geef aan de keizer wat je de keizer schuldig bent, en geef aan God was je Hem schuldig bent. We moeten ook aan God belasting betalen. Net als de Romeinen zijn we hoofdgeld schuldig. Maar we kunnen die schuld niet zelf deden. Zeker niet met een denarie. We kregen Jezus om onze schuld in te wisselen. Hij is onze belastingmunt  voor God waardoor we helemaal schuldvrij worden.