God bestaat niet. Hij leeft!
Deze one-liners hebben een persoonlijk karakter. Op een goede dag heb ik ze eens bij elkaar gesprokkeld uit mijn aantekeningen.
Ze kunnen ons waarschuwen om niet telkens een blik cliché's te openen of gemummificeerde uitdrukkingen te gebruiken.
Ze kunnen ons soms ook op een nieuw idee brengen of stimuleren hetzelfde eens pittiger en puntiger te zeggen.
Oneliner 1601 tot 1700
- 1601. God heeft veel vrouwelijke trekken
- 1602. De bril waarmee we kijken bepaalt onze gevoelens
- 1603. Wijsgeren zijn niet wijs. Zij begeren wijs te zijn
- 1604. Als God niet bestaat, is alles geoorloofd
- 1605. Er is bij de mensen een donker reservoir van gemeenschappelijke schuld
- 1606. De oneindigheid van de oneindige god der filosofen is afgrondelijk
- 1607. God is hoog als de Verhevene maar Hij trekt ook voor ons uit als onze Voorganger
- 1608. De Hemelvaart van Christus is de troonsbestijging van de opgestane Paasvorst
- 1609. De kloof tussen de God der Openbaring en de god der filosofen is onoverbrugbaar
- 1610. Journalisten volgen vaak terecht de regels van de roddel door personen te laten spreken
- 1611. Er valt straks niets meer te hopen als al Gods beloften vervuld zijn
- 1612. Er is geen ster die ons voorgaat, maar wel een Hand die ons leidt
- 1613. De scheurkalender is omgeruild voor de horoscoop en het heiligenbeeld voor het sterrenbeeld.
- 1614. Gedachten zijn betwistbaar, maar gevoelens niet
- 1615. Wij zijn een kijkdoosvolk geworden en onze leescultuur een kijkcultuur
- 1616. De christelijke hoop is gegrond in de onfeilbare beloften van de belovende God
- 1617. We moeten éérst observeren en pas daarna interpreteren en niet omgekeerd
- 1618. De beeldenwand van de Oosterse kerken is een kerkleer in kleuren
- 1619. Doe geen uitspraak zonder inspraak
- 1620. Je kunt niet vegen met éénharige bezem
- 1621. We zijn de werkelijkheidsbeleving van Guide Gezelle kwijtgeraakt: Mij spreekt de blomme een tale dichte Gezelle
- 1622. We komen God overal tegen niet alleen in kerken en kapellen, maar ook in schoonheid en schepping
- 1623. We hebben politieke leiders nodig, want managers zijn er genoeg
- 1624. Het christelijk geloof is altijd een aangevochten geloof en de kerk een aangevochten kerk
- 1625. Het is een aanvechting voor de kerk als zij geen aanvechtingen meer kent
- 1626. Kunst begint waar imitatie ophoudt en kitsch begint waar de kunst ophoudt
- 1627. De mens is geen draaiorgelboek met vóórgeponste gaatjes waar de muziek vanzelf uitkomt
- 1628. De kerk mag een uitwaaiplek voor zwervers zijn en een oase in de woestijn van het leven
- 1629. Liefde zonder macht is sterker dan macht zonder liefde
- 1630. We hebben geen profiteurs nodig die profiteren maar profeten die profeteren
- 1631. De christen is hier en nu al overgezet van de dood in het leven, wat volgt is niet de echte dood meer
- 1632. De bloedzuiger neemt leven , de Bloedgever geeft Leven
- 1633. Theologie is niet vooraf bepalen wat mogelijk is, maar altijd achteraf denken wat geloofd wordt
- 1634. De leer der kerk is slechts een plattegrond die ons helpt de goede weg te vinden. Niet de weg zelf
- 1635. Gods toewending naar ons vraagt onze toewending naar Hem
- 1636. In de geschiedenis van Jezus heeft God zichzelf uitgetekend
- 1637. Jezus is de Icoon van God (Hebr 1:3)
- 1638. De oudste kerk heeft Jezus niet opgehemeld
- 1639. Jezus behoort van eeuwigheid wezenlijk bij God
- 1640. We moeten hinkelen binnen de lijnen van de hinkelbaan van het geloof
- 1641. De kaart van de leer der kerk die men voor de levenstrektocht meekrijgt, is de trektocht zelf niet
- 1642. De wederkomst van Jezus is Gods laatste interventie
- 1643. De Komende is de Gekomene!
- 1644. De Rechter is de Redder!
- 1645. God heeft de volle slagkracht van zonde en vervreemding niet op onze hoofden laten neerkomen
- 1646. God komt in zijn zoon langszij en deelt zo ons menselijk bestaan in vernedering
- 1647. Jezus 'bloed"is geen chemische formule, maar een metafoor voor nieuw leven.
- 1648. Rooms-katholieken bidden voor de overledenen, maar protestanten bidden voor de overlevenden
- 1649. Dogma's zijn markeringsmomenten in de weg van de Schrift
- 1650. Jezus hield van de "schare die de wet niet kende" en van de zondaars die de wet aan hun laars lapten
- 1651. De Farizeeën hielden alléén van mensen die de wet kenden en de wet hielden.
- 1652. God is geen uitvergroting van het menselijk zelfbeeld
- 1653. Wat gebeurt er als we de aarde loskoppelen van de zon? Dan wordt het erg donker
- 1654. God maakt zich nog steeds verschrikkelijk kwaad over het kwaad
- 1655. De grondzeeën van Gods oeverloze barmhartigheid komen in beweging in de verzoening
- 1656. De offeraar moest zich identificeren met het offer via het offerritueel
- 1657. Zo heeft God zich vereenzelvigd, geïdentificeerd met Jezus
- 1658. We kunnen wel zonder God leven, maar niet zonder God sterven. Aller oog zal Hem immers zien
- 1659. De verloren zoon had schuldbesef, het verloren schaap blaatte nog, de verloren penning wist niets
- 1660. Transcenderende ervaringen zijn ervaringen die de grenzen van de existentie overschrijden
- 1661. Vraag geen hoge of lage christologie, maar christologie van de ontmoeting met God in knechtsgestalte
- 1662. Gods verborgen omgang is de ware bevinding of bevindelijkheid, een vondeling die gevonden wordt
- 1663. Oude dogma's die als spaarpotten de traditie eeuwen lang hebben meegedragen, zijn gebarsten
- 1664. Het belijden van de kerk is vandaag geen bindmiddel meer
- 1665. De theologie van Kuitert is een late nagalm van de theologie van de Verlichting
- 1666. Over God kan men alleen in beelden spreken, maar over Jezus niet:Hij is een historisch persoon
- 1667. Jezus is geen metafoor van God, maar de icoon van God
- 1668. Gnosticus zegt niet Welzalig hij wiens zonden zijn vergeven maar wiens onwetendheid is opgeheven
- 1669. Wij weten van een wereld achter deze en na deze wereld slechts uit tweede hand. Van horen zeggen
- 1670. Onze uiteindelijke verlossing komt niet van binnen uit, maar van Boven af.
- 1671. Je bent geen lid van de kerk als een soort ANWB om in noodgevallen geholpen te kunnen worden
- 1672. Onze westerse cultuur draagt een masker als van Toetanchamon Als je het optilt zie je een dode
- 1673. Wij hebben de horizon uitgewist. We hebben geen oriëntatie, geen boven en beneden meer.
- 1674. De idee van absolute menselijke vrijheid leidt er toe dat we mensen in hun sop laten gaarkoken
- 1675. Onze maatschappij is geheimloos geworden en onze samenleving respectloos
- 1676. Alle wegen buiten Christus schijnen ook heilig te kunnen zijn, maar ze zijn schijnheilig
- 1677. Het klassieke hemelgeloof is verdacht geworden
- 1678. Wij zingen niet meer Ik zie een poort wijd open staan, want die hebben wij dichtgesmeten
- 1679. De Byzantijnse keizer zette zijn stempel op het gelaat van Jezus: Pantocrator. Hij heerste over alles
- 1680. Het organiseren van string- in- the-bill party's verhoogt niet het waarden- en normbesef
- 1681. Het Westen heeft altijd meer belangstelling gehad voor het nageslacht dan voor het voorgeslacht
- 1682. Sommige christenen lieten zich dopen op een begraafplaats (voor de doden) 1 Kor. 15 : 29
- 1683. Rond het kruis van Christus kunnen mensen elkaar geen kruis opleggen, slechts elkaars kruis dragen
- 1684. Christus is de gewonde Genezer en de gestorven Levende
- 1685. Het is niet zo dat we niet meer in Gods ingrijpen geloven omdat we een ander wereldbeeld hebben
- 1686. We hebben een andere wereldbeeld omdat we niet meer in Gods ingrijpen geloven.
- 1687. Velen hebben vandaag een gesloten wereldbeeld, want ze denken dat God nooit ingrijpt
- 1688. Het is onmogelijk dat door toeval alle dingen zijn ontstaan. Alles is be-doeld
- 1689. Het christelijk geloof is het enige geloof in de wereld waarin God Immanuël heet, God met ons
- 1690. Toorn is de variabele, liefde is de constante in de relatie van God tot mens
- 1691. De oecumene van het hart verenigt katholieken en evangelischen
- 1692. Als na de opstanding van Jezus de discipelen weer gewoon gaan vissen, vangen zij niets
- 1693. Als geestelijke spookrijders komen wij Gods waarschuwing tegen Ga terug
- 1694. Als het vuur van de Geest gedoofd is, komen de wolven van het materialisme
- 1695. Gelovige als vlieg aan het plafond, op zijn kop, geen grond onder je, maar van Boven vastgehouden
- 1696. Het gaat in de bijbel ten diepste niet om een leer, maar om de levende relatie met een Persoon
- 1697. De discipelen kenden de geheimenisssen van het Koninkrijk, namelijk dat dit in Hem was gekomen
- 1698. Er is continuïteit tussen wat Jezus sprak en deed en de christologie daarna
- 1699. De Koninkrijksprediking van Jezus stuitte op veel verzet vanwege Jezus 'pretenties
- 1700. Vroeger was de norm oud en degelijk, nu jong en flitsend.
Pagina: [1] [2] [3] [4] [5] [6] [7] [8] [9] [10] [11] [12] [13] [14] [15] [16] [17] [18] [19] [20] [21] [22] [23] [24] [25] [26] [27] [28] [29] [30] [31] [32]