- AAA God bewijzen
- Aandachtstraining
- Aanpassing
- Aarde
- Aarde en wereldbeeld
- Abraham gezien
- Advent
- Afgeplatte leven
- Aflaat
- Afscheiding
- Agressieve jeugd
- Ajax
- Allah
- Ambtsdrager
- Amusementsindustrie
- Analogiedenken
- Anastasius Veluanus
- Angst
- Annas Kajafas
- Anonimiteit
- Antisemitisme
- Antroposofie
- Apocalyptiek
- Apocrief evangelie
- Apologie
- Apostolaat
- Arameeërs
- Aramees
- Ark als talisman (foto)
- Armenië
- Assyrische christenen
- Astrologie
- Athanasius
- Atheïsme
- Atheisme / Philipse
- Augustinus
Atheisme / Philipse
Er is geen God en Philipse is zijn profeetDe onredelijkheid van een atheïst
door Gert van den Brink
Zeer veel mensen beweren dat er geen God is. In ieder geval niet die God die zich in de Bijbel heeft geopenbaard als een God in een drievoudig bestaan van Vader, Zoon en Heilige Geest.
In Gods enig en toch meervoudig bestaan zijn die verbonden door een oeverloze liefde.
Veel mensen geloven wel dat er iets is, dat er tussen hemel en aarde meer is dan wij kunnen waarnemen met onze zintuigen.
“Geloven in iets is wel gemakkelijker” schrijft de 18 jarige Leonie Terlouw uit Veenendaal die onlangs een prijs won met haar opstel God: iets of Iemand. “Als er iets ergs gebeurt, hoef je niet te piekeren hoe dat past in een plaatje van een liefdevolle God. Als er een kracht is, een onpersoonlijke God, is het makkelijker om geen verwijten naar zijn hoofd te slingeren.
Dingen gebeuren om dat ze gebeuren. Bovendien is iets vrijblijvend. Je moet niks en er zijn geen verwachtingen en teleurstellingen. En er is geen totale zinloosheid, want na dit leven zal er nog wel iets zijn. Een onpersoonlijke kracht is veilig.”
Religie als gif en bedreiging
Volgens Herman Philipse vormt religie een bedreiging voor de idealen van de Verlichting. Deze universiteitshoogleraar is een hartstochtelijk aanhanger van het atheïsme en bestrijder van religies. Zijn Atheïstisch Manifest is in 2004 opnieuw uitgegeven en deze keer zelfs met een voorwoord van Ayaan Hirsi Ali. De titel luidt nu Atheïstisch Manifest en De Onredelijkheid van Religie. De aanval is nu ook gericht op de Islam. Volgens Philipse is religie onverenigbaar met de wetenschap en vormt ze daarom ook een bedreiging voor de wetenschappelijke vooruitgang. De meeste atheïsten die hun ongodisterij te berde brengen,hebben in hun boeken een triomfantelijke toon. Het bazuingeschal van de naderende overwinning is de horen in de groeiende stapel van atheïstische geschriften.” Een atheïst is niet arrogant, hij denkt gewoon beter na. De meest elementaire regels voor gezond nadenken worden door de theologen met voeten getreden”. De godsdienst is op sterven na dood.” enz. Daarom kun je de vraag stellen: Waarom een zinkend schip nog lek steken? Waarom zou je nog proberen het gemurmel van een seniele grijsaard weerleggen?Ik probeer nu de toch niet zo gemakkelijk leesbare inhoud van bovengenoemd boek hieronder kort en persoonlijk te verwerken met enkele eigen aantekeningen.
Meeste mensen zijn religieus
Hoe komt Philipse toch er toe om zó te denken en te schrijven? Kan hij werkelijk op de een of andere manier plausibel maken dat er geen God is? De meeste mensen vanaf het prehistorische tijdperk zijn immers religieus geweest. Hoe kan Philipse dat verklaren? Het is toch veel aannemelijker te geloven dat er werkelijk een God bestaat die zich geopenbaard heeft en dat alle religies daarop reageren (Rom. 1 : 23).”Veel mensen hebben de majesteit van de onvergankelijke God vervangen door hetgeen gelijkt op het beeld van een vergankelijk mens, van vogels, van viervoetige en kruipende dieren”.
Ervaring is normatief
Eeuwen lang was sinds Descartes de menselijke rede normatief. Je kon slechts als betrouwbare kennis alleen datgene aannemen wat in overeenstemming was met de ratio, (de menselijke rede). Maar vandaag de dag is de empirie, de menselijke ervaring normatief voor de waarheidsvraag. De overtuiging “God bestaat” wordt volgens Philipse door de waarneming ontkracht en ontkend. Maar dat kan hij alleen zeggen als hij a priori aanneemt dat de empirie de enige bron van kennis is en je bij voorbaat uitsluit dat er een God is die zich openbaart in Schepping en Schrift. Daarin weerspiegelt hij ook onze huidige belevingscultuur. Wat waar is kun je niet aangezegd worden, alleen maar beleven.Je kunt je ook afvragen hoe het toch komt dat Philipse met zoveel overtuiging kan beweren dat God niet bestaat? Wel dat komt omdat hij met vele anderen de zintuiglijke waarneming centraal stelt. Hij is een aanhanger van het zogenoemde empiricisme, dat de empirie, de menselijke ervaring en waarneming als enige bron van kennis aanneemt. Dat is zijn filosofisch uitgangspunt van zijn kennistheorie. Er is geen kennis mogelijk op grond van openbaring getuigenissen, verklaringen en meningen, als die niet door de empirie gerechtvaardigd worden. Empirisme is totaal iets anders. We vergaderen allemaal kennis via de empirie, de zintuiglijke ervaring.
Geloofskennis
Als je de kennistheorie van Philips toepast op geloofskennis, is er dus geen God en kan Christus nooit zijn opgestaan uit de doden. Dit laatste is immers niet na te checken met onze waarnemingszintuigen. Je kunt die bewering van christenen nooit rechtvaardigen via de empirie. Wij als christenen zeggen echter, dat je die bewering wel terdege kunt rechtvaardigen en wel op grond van Gods openbaring. Waarom zou je voor het bestaan van God alleen maar mogen verwijzen naar de menselijke ratio of menselijke ervaring en niet naar openbaring? Maar dan is er meer nodig van de kant van de mens dan de empirische actie. Kennis van God kun je uitsluitend verkrijgen door een ootmoedige levenshouding, door afhankelijkheidsbesef en het gedrag van een bedelaar die zijn hand ophoudt. De “kennisrichting” is hier dus omgekeerd als je die vergelijkt met het empiricisme. Zintuiglijke waarneming is een middel tot kennisverwerving, openbaring daarentegen een vorm van kennis ontvangen.
Vanwaar de moraal?
Christenen geloven dat de moraal van God komt! Hoe zouden de mensen anders weten dat er goed en kwaad is? Bekend is de beroemde uitspraak van Iwan, een van de gebroeders Karamazov uit de roman van Dostojewski: Als God niet bestaat is alles geoorloofd. Zou atheïsme inderdaad tot wetteloosheid leiden? Als God niet bestaat of gebeurt, wat is volgens de atheïsten dan de grondslag van de moraal? Waarom kunnen mensen moreel handelen? Wat is het antwoord van het atheïsme? Het atheïsme moet toch met een alternatief komen voor de religieuze verklaring die het christendom geeft? Er moet toch een plausibel alternatief zijn? De atheïsten moeten toch een niet-religieuze verklaring geven voor het feit dat de meeste mensen religieus geloof hebben?En voor het feit dat de wereld de indruk geeft doelgericht ontworpen te zijn?
Evolutionistische verklaring
De meeste atheïsten geven een evolutionistische verklaring voor het ontstaan en bestaan van de moraal. De mens zou slechts gradueel van de dieren onderscheiden zijn. Moreel besef zou rudimentair ook bij andere levende wezens dan de mens aanwezig zijn. Trouwens ook Darwin poneerde al dat ook de moraal aan de regels van de evolutie onderworpen is. Kunnen we nu de conclusie trekken dat de evolutionaire vooruitgang opgaat met een morele vooruitgang? Kunnen we vandaag zien dat de mensheid op een steeds hoger moreel niveau komt? Wij als christenen zeggen dat de mens door God is toegerust is met moreel besef. De atheïst stelt dat het verschil tussen mens en dier slechts gradueel is. Philipse ziet eveneens graag dat we “ een open oog krijgen voor de mens zoals hij werkelijk is: een hogere diersoort die genetisch met bepaalde morele neigingen begiftigd is die nodig waren om te overleven en zich voort te planten” In plaats van een bovennatuurlijke verklaring zoekt de atheïst dus een natuurlijke verklaring voor het bestaan van de moraal. Dat de dieren een rudimentair vermogen hebben, is een onzinnige bewering. Het vermogen tot denken en het vermogen tot spreken hebben zelfs de meest ontwikkelde dieren niet.
Het hart van de mens
Wat is nu onze grootste kritiek op een evolutionistische verklaring van de inhoud van de moraal? Wel dat is dat een heel groot deel van de moraal structureel buiten beschouwing blijft. Dat is het terrein van het eigen hart. Uit het hart zijn de uitangen van het leven. Pas toen tot Paulus doordrong dat ook de begeerten van het hart vallen onder het oordeel van God, brak het werkelijke zicht op wat moraal is bij Paulus door (Rom. 7: 10). Een evolutionistische verklaring van de moraal is niet in staat uit te leggen waar de inhoud van de moraal vandaan komt. Het christelijk geloof gaat ook veel verder dan de platte en slappe moraal van”wat u niet wilt dat u geschiedt doe dat ook de ander niet.” Daarbij gaat het alleen maar om geen schade toe te brengen aan de ander. De grootste menselijke deugden liggen in de bestrijding van innerlijke ondeugden. De moraal is ook van belang voor het menselijk hart. Wie zichzelf overwint is sterker dan die een stad inneemt.
Gerechtigtigheid
In de monotheïstische godsdiensten van het jodendom en de islam is er is er geen hogere gerechtigheid dan de gerechtigheid van Gods geopenbaarde wet. De regels, geboden, verboden en voorschriften die daarin te vinden zijn, zijn het laatste wat wij mensen over rechtvaardigheid en gerechtigheid kunnen zeggen. Wie deze regels houdt, is rechtvaardig. Wie die regels naleeft, wordt door God beloond en wie ze niet nakomt, wordt gestraft. Jodendom en islam zijn wetsgodsdiensten. De gerechtigheid is bereikt als je de wetten houdt. In het christelijk geloof is genade daarentegen geen tegenpool van gerechtigheid, maar het gevolg er van. De rechtvaardigheid van God is in de woorden van Luther “de poort tot het paradijs”. Hoe kan dat nou? Het antwoord is:er is wel een straffende gerechtigheid, maar die hebben wij met Christus achter de rug. Wij leven uit de Voltooid Verleden Tijd. Aan het kruis heeft Gods Zoon aan Gods gerechtigheid voldaan.
Geen hiernamaals?
Volgens Philipse is er geen hiernamaals en is met de dood alles afgelopen. Maar dan is er ook geen gerechtigheid. Dan zullen de mensen die grote misdaden begaan hebben en miljoenen vermoord, niet gestraft worden. Dan zal er ook geen laatste oordeel plaats vinden. Dan zal er ook geen retributieve, (vergeldende) gerechtigheid zijn. Is het dan niet veel plausibeler met de kerk van alle eeuwen te geloven dat Jezus Christus uiteindelijk zal komen om te oordelen de levenden en de doden? Wij geloven dat er uiteindelijk gerechtigheid zal zijn. Aan de morele vereiste van retrubutieve gerechtigheid heeft Christus voldaan aan het kruis waar hij geleden heeft en gestorven is onder Gods straffende gerechtigheid.
Zonde
In de evolutionistische interpretatie van de moraal is ook geen plaats voor wat de bijbel “zonde” noemt. Het dogma van de erfzonde is de best verifieerbare en tegelijkertijd de meest impopulaire doctrine van het christendom, als je per se wilt uitgaan van de empirie. Wat leert ons de ervaring? Het atheïstendrietal Stalin, Hitler en Mao is verantwoordelijk voor het onvoorstelbaar grote aantal van zeventig miljoen doden. Zullen die uiteindelijk vrij uitgaan?
Vriendelijke ogen
Als je in de ogen van genoemde supermisdadigers kijkt en in de ogen van hun slachtoffers, zijn velen geneigd te zeggen dat God niet bestaat. Maar – en nu eindig ik weer met de woorden van Leonie Terlouw: - ” Een avontuur – dat is wie de persoonlijke God voor jou wil zijn. Hij wil door zijn knieën zakken en zoekt allerlei manieren om jou te bereiken. Maar zo lang je niet in zijn ogen kijkt, en zijn liefde door je heen voelt stromen, zal een persoonlijke God voor jou niet meer zijn dan een beetje troost waar de mens zo behoefte aan heeft maar zichzelf zo mee voor de gek houdt. Een fijne rust in je hoofd. Een pleister op de wond. Een enorme poppenkast.”