- Vaderhuis /Vaderschap
- Vaderhuis Gods
- Vagevuur
- Vervulling
- Verweggistan
- Verzoeking woestijn
- Via Dolorosa
- Via Dolorosa Latijn
- Vijgenboom
- Vindplaatsen van God
- Voetwassing
- Volbracht Joh 19
- Voorspraak
- Vrouwen 1Jezus team
- Vrouwen 5 Prostituee
- vrouwen 6 Weduwe
- Vrouwen 2 Gastvrouw
- Vrouwen 3 Gelovig
- Vrouwen 4 Dochter Abraham
- Vrouwen 7 Meisje sta op
- Vrouwen 8a Samarit
- Vrouwen 8b Samarit
- Vrouwen 8c Samarit
- Vuurwerk als lawaaiplek
Vindplaatsen van God
Bijbelse plaatsen als vindplaatsen van God?
Tempel van Poseidon, de god van de Zee in Griekenland.
Tempel van Delfi
Tempel van Apollo te Sardes
Tempel van Hatsepsoet , de beroemde vrouwelijke farao , geheel in de rotsen uitgehouwen.
Tempel uit de 4e eeuw voor Christus.
In de antieke Romeins-Griekse wereld waren de tempels de vindplaatsen van de goden.Daar stonden hun beelden, zoals het beeld van de veelborstige Efezische Artemis. In die tempels woonden ze. Meestal was er een aparte ruimte voor die beelden gereserveerd.
Die werd cella genoemd.
En bij de tempels stonden altaren waarop allerlei dieren werden geofferd. Deze altaren stonden nooit binnen de tempel, maar er altijd buiten; in de open lucht. Soms werden de deuren van de cella geopend zodat de godheid kon zien wat men buiten de tempel allemaal voor hem aan het doen was.
Binnen de tempels kwamen de mensen nooit.
Wel op het tempelplein of in de voorhof. Heel anders dan kerken en moskeeën waren de klassieke tempels geen plaatsen waar mensen samenkwamen.Het is dan ook opmerkelijk dat de eerste christenen geen tempels bouwden voor hun bijeenkomsten maar verschillende soorten van een antiek type gebouw dat basilica genoemd werd.
Daar waren drie redenen voor. De basilica kon allereerst veel meer mensen herbergen en ze was bovendien niet zo gauw besmet met heidense associaties.
Er was nog een reden om geen tempels meer te bouwen. In het Nieuwe Testament wordt de gemeente zelf een levende tempel genoemd.In de antieke wereld waren de tempels de woonplaatsen van de goden.
De christen geloven dat door de komst van de Heilige Geest de levende gemeente domicilie werd van de levende Heer.
Amon Re
In de tempel van Thebe wordt Amon Re gekleed, verzorgd, bewierookt, gevoed en krijgt hij een ketting om. Dit is nu de cultus van de godheid. Het woord cultus komt van het Latijnse werkwoord colere, verzorgen, vereren.
De tempels waren heilige plaatsen
Maar het was niet de aanwezigheid van een monumentaal gebouw dat een bijzondere ruimte als heilig bestempelde.
Het was veel meer het gewijde stuk grond waarop het altaar stond dat die plek een heilig karakter verleende.
Zo’n gebied heette in het Grieks een ’temenos’.Binnen de grenzen van deze ‘temenos’ was er de ‘hiëron’ , de heilige plaats of het heiligdom.
Dat heilig karakter breidde zich soms uit over de hele stad zoals dit het geval was bij de stad Hiërapolis die ook in de bijbel genoemd wordt (Kol.4:13)Hiërapolis betekent ‘heilige stad’.
De weg naar een tempel werd via sacra (heilige weg) genoemd.
Een zijstraat van de Kalverstraat in Amsterdam wordt nog steeds ‘heilige weg’ genoemd.
De tempel van Herodes.
Het bijzondere van de tempel van Jeruzalem was dat er nooit een beeld werd aangetroffen.Toen de Romeinen in het jaar 70 Jeruzalem veroverden waren zij stomverbaasd dat zij daar geen enkel beeld vonden.
God de HEER had immers uitdrukkelijk verboden een beeld van Hem te maken om vervolgens dit beeld te aanbidden.De christenen kennen in principe geen heilige plaatsen.
Is het dan nog wel correct te spreken over bijbelse plaatsen als vindplaatsen van God? Ik geloof dat je van alle plaatsen waar het Woord van God gehoord is, verkondigd is of heeft plaats gevonden, kunt zeggen dat het vindplaatsen van God zijn.
De joods-christelijke godsdienst is geen natuurgodsdienst, zoals de meeste antieke godsdiensten waren.
In Israël en in het christelijke geloof gaat het altijd weer over geschiedenis, over heilsgeschiedenis.Niet de telkens weer stervende en herrijzende natuur van het cyclische denken staat daarin in het middelpunt, maar de grote daden van God in de loop der tijden.
En in die geschiedenis komen concrete plaatsen in het zoeklicht van onze aandacht, zoals Betel en Pniël in het Eerste en Betlehem en Golgota in het Tweede Testament.
Niet die plaatsen op zichzelf zijn heilig, maar zij kunnen wel vindplaatsen worden van God de HEER door het Woord dat daar geschied is.
Ik heb het dan ook niet over heilige plaatsen, maar over bijbelse plaatsen