Slagveld tussen het Gods Rijk en het rijk der demonen
Mensenrijk en rijk der demonen
Dostojewski heeft met profetische blik de titanische strijd tussen het rijk van God en het rijk der duisternis belicht.Het slagveld van deze worsteling is het mensenrijk.Hij plaatst de mens tegen de achtergrond van de eeuwigheid
Dostojewski heeft terecht het mensenrijk getekend als het slagveld van de strijd tussen het Godsrijk en het demonische rijk van Christus’ tegenstander.
We hebben niet slechts te maken met mensen van vlees en bloed (Efeze 6) Ook nu zijn demonische krachten in de aanval om ons los te maken van de levende Christus.Ook nu zaait Christus’vijand onkruid tussen de tarwe.
Tactiek der metamorfose
Zelfs de theologie kan hij daarvoor gebruiken! De boze heeft immers de tactiek der metamorfose.
Hij wil verleiden als engel des lichts. Daarom is het dus niets bijzonders als ook zijn dienaren zich voordoen als dienaren der gerechtigheid (II Kor. 11 : 15).Maar Jezus Christus is Overwinnaar en onze volharding rust in zijn voorbede
Schuld en boete
In Schuld en boete wordt vooral de enkeling als rebel tegen God uitgebeeld: Raskolnikov, de mens die zich als een schaar heeft losgeknipt uit alle relaties.
Met de mensen en met God.
Naar eigen goeddunken verzet hij de grenspalen van goed en kwaad.
Hij is de autonome mens die vrij wil zijn. Maar boven de afgronden der menselijke opstandigheid staat toch de koepel van Gods vergeving.
Zuipers en zwakkelingen mogen leven van de genade van de Gekruisigde
Gebroeders Karamazov
In gebroeders Karamazow laat Dostojewski zien dat er een donker reservoir van gemeenschappelijke schuld is. Het huis der Karamazows is het huis der mensheid.
Niet alleen de enkeling, maar ook wij allen hebben deel aan de erfmassa van Adam. Fjodor Karamazow, een artiest der zonde, een mammondienaar met woeste zinnelijkheid, is de tronk waaraan de loten groeien.De één heeft bloed aan zijn vingers,de ander bloed aan zijn geest.
Er is echter in dit boek nog een andere figuur namelijk Aljosja, hij is een beelddrager van Jezus Christus.
In Hem breekt het rijk van de genade aan.
Goddeloos en toch vrijgesproken
Aljosja blijft toch een Karamazow, een goddeloze maar gerechtvaardigd, een rebel, maar vrijgesproken, een zondaar, maar begenadigd!
Als God niet bestaat is alles geoorloofd. Dan is de mens zelf god. Dan gaat hij zijn eigen heilstaat scheppen Maar de zelfvergoddelijking leidt tot demonie. Daarom zijn de goddelozen de wettelozen
Christos woskresse!
Het kruis is voor Dostojewski de ladder waarlangs Jezus neerdaalt in het inferno van onze verlorenheid.
Hij is de wereld van hoeren en moordenaars binnengekomen en achter het kruis straalt de Paaszon: Christos woskresse. Christus is opgestaan!!
De invloed van de grootvorst van het kwaad is overal zichtbaar waar God onttroond wordt.
De idioot
In deze figuur wordt een nieuwe wijze van mens zijn openbaar.
In deze figuur tekent zich het messiaanse medelijden af met het verlorene.Een herscheppende liefde, een mens die belangeloos liefheeft.
Een bewijs van het bestaan van God die liefde is.
De laatste woorden van Dostojewski tot zijn kinderen waren: “Wanhoop nooit aan Gods vergevende liefde. Ik heb jullie zeer liefgehad, maar de liefde van God is oneindig veel groter”.