A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Tempelreiniging (3)


 

 Voor alle volken! Eerst bekijken we zijn citaat uit Jesaja.”Mijn huis moet voor alle volken een huis van gebed zijn.” En dat was de tempel zeker niet. Het was het huis waar de God van Israël woonde. De huidige tempel van Salomo was niet toegankelijk voor andere volken. In Jesaja56:7 is sprake van het universele visioen van de profeet over een toekomst  waarin alle volken in Gods huis de Heer als de enige God aanbidden.’Mijn tempel zal heten;Huis van gebed voor alle volken’ Zo spreekt God de HEER. Die bijeen brengt die uit Israël verdreven waren: Ik breng er nog meer bijeen dan al bijeengebracht zijn” .Alle mensen zullen God erkennen en aanbidden. Jezus wil de belemmering daarvoor wegnemen. De voorhof der heidenen zal een  

 

Kalkblokstee van de tussenmuur

 

 

 

open voorhof moeten zijn voor alle volken. Jezus weet dat Hij het grote offer zal brengen als het ware Offerlam. Jezus is zich bewust dat Hij zelf de ware, de echte tempel is. Wijzend naar zijn eigen lichaam zegt Hij; Breek deze tempel maar af en in drie dagen zal ik hem opbouwen (Joh. 2:19). Dat zal  gebeuren in kruis en opstanding. Er komt een nieuwe eredienst in een niet door mensenhanden gebouwde tempel. Hij is zelf de nieuwe tempel der mensheid. De tempel in Jeruzalem kan nu afgebroken worden en de eredienst in die tempel afgeschaft.

Dat wil Jezus zeggen met  zijn tempelreiniging.

Jezus zal hier gedacht hebben aan de Griekse pelgrims die  tot Filippus zeiden We zouden Jezus wel willen ontmoeten. Ze zullen Hem zien, maar niet in Griekse glorie, maar als de gekruisigde, de lijdende Knecht van de HEER van Jesaja 53

  

Rovershol

 De universele belofte van Jesaja wordt verder verbonden met een woord van Jeremia.”U hebt er een rovershol van gemaakt”.

Jeremia verdedigt hartstochtelijk  dat de eredienst in de tempel verbonden moet zijn met Gods gerechtigheid. Hij vecht tegen een politisering van het geloof en een veruitwendiging van de tempelliturgie.. Net als in de dagen van Jeremia dachten de Joden:het zit wel goed met ons. We hebben immers de tempel.

Dit is de tempel van de HEER.Dit is de tempel van de HEER. De tempel van de HEER! Jullie stelen, moorden,plegen overspel en meineed, branden wierook voor Baäl, en lopen achter andere goden aan, die jullie eerst niet kenden. En toch durven jullie, terwijl jullie al die gruweldaden plegen, voor mij te verschijnen in deze tempel met de gedachte:Ons kan niets gebeuren. Denken jullie soms dat het huis dat mijn naam draagt een rovershol is? (Jer,7)  

Hij is de nieuwe tempel

 

Jezus weet: Hij zelf is de nieuwe tempel van God. Niemand kan tot God naderen buiten Hem om. Dat is ten diepste het grondmotief van de tempelreiniging van Jezus,. Hij verzet zich tegen een verstrengeling van eredienst en commercie net als Jeremia deed eeuwen geleden.

 

Open voorhof.

 

De tempelreiniging vond plaats in de voorhof der heidenen. De tempelaristocratie had oogluikend toegestaan dat de Joden ook in de voorhof der heidenen geld mochten wisselen. Maar die voorhof ad een open karakter moeten blij ven dragen. Die voorhof was bestemd voor alle volken. De Joden hadden die ook geclaimd. Jezus wil dat alle volken God gaan dienen.Hij wil alle beperkingen opheffen.Dat is de diepe verklaring die Jezus voor de tempelreiniging geeft.Hij is de ware tempel voor alle volken.

 

Ook voor de Grieken

  

Een bepaalde episode laat ons dit duidelijk zien. Op zekere keer komen   enkele Grieks sprekende pelgrims naar Jeruzalem en vragen de Griekssprekende  Filippus “Wij zouden Jezus wel eens willen ontmoeen”.Kon dat wel, want zij behoorden toch niet tot het volk van God? Ze mochten toch ook niet in de tempel komen? De balustrade was de afsluiting van het heilige.De voorhof der heidenen was toch gescheiden van de voorhoven van Israël?De Griekse pelgrims zouden zo graag de luister en de majesteit van Jezus zien.Het antwoord van Jezus is verassend vreemd.”Jullie zullen de majesteit van Mij zien aan het kruis als de Zoon des mensen verhoogd zal worden aan het kruis.”.Jezus is geen oproerkraaier, die de tempel zal afbreken.Hij is de Middelaar die aan het kruis zijn eigen lichaam zal laten afbreken en zo de mensheid met de heilige God zal verzoenen. De tijd van de tempel is voorbij. Er komt een nieuwe tempel

 

Nieuwe tempel

 Ik vind het zo verrassend dat Matteüs na zijn verhaal van de tempelreiniging twee voorvallen ons beschrijft.  Met twee categorieën mensen  begint Jezus  zijn tempelbouw: blinden, verlamden en kinderen.

Toen kwamen er in de tempel blinden  en verlamden naar Hem toe en Hij genas hen (Matt, 21:14) Hij komt hier niet met het zwaard van de oproeraaier.Hij komt hier niet om af te breken. De tweede categorie vormen de kinderen. Daar past dan ook bij  het Hosanaa dat de kinderen herhalen, maar de volwassenen Hem niet meer toeroepen. (Matt. 21:14)Ze vragen integendeel zich af:”Wat is dit toch voor een vreemde snuiter? We kennen hem niet .