A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Patmos Johannes schreef hier het laatste bijbelboek


Patmos

Ik, Johannes, uw broeder, die net als u in ellende verkeer, maar ook door Jezus met u deel in het koninkrijk en in standvastigheid – ik was op het eiland Patmos omdat ik over God had gesproken en van Jezus had getuigd (Openb.  1:9)


 

Hartelijke groeten uit Patmos.

 

Links boven op de berg zie je het witte Middeleeuwse stadje Chora dat als een labyrint om het hoge bruine klooster gebouwd is.

Dat klooster draagt de naam klooster van St Johannes de Theoloog.  

Rechts onder (halverwege de berg) zie je het openbaringskerkje dat  gedeeltelijk uit een grot bestaat, de zogenoemde openbaringsgrot waar Johannes het visioen zou hebben gekregen. 

Het klooster dichterbij gefotogerafeerd

Luchtfoto van het eiland

Foto vanaf de zee

Klokkentoren

Johannes de apostel

 

Het grottengeloof  heeft in het heidendom een grote rol gespeeld.  Ook in het christendom is dit geloof diep doorgedrongen. 

Ik denk aan de geboortegrot van Betlehem en de grotkerk van Petrus in Antiochië.

Op de meeste  iconen  hier zie je dat Johannes ook in zo'n grot gelegen zou hebben.

Maar in Openb.  1:12 lezen we dat Johannes zich omdraaide om te zien welke stem er tegen hem sprak.

 En toen Johannes de Opgestane  zag viel hij als dood voor zijn voeten neer (Openb.  1:17)  Dat kan toch moeilijk  als je in een grot ligt.


Het Jeruzalem van de Aegeïsche Zee werd Patmos vroeger genoemd.  Tussen 90 en 95 was Johannes hier verbannen en hier werd hij geïnspireerd om het boek Openbaring te schrijven.

Openbaring aan Johannes

Het is niet de openbaring van Johannes, maar de openbaring van de opgestane en verheerlijkte Heer Jezus Christus áán Johannes. In september 1995 werd hier een plechtige herdenking gehouden van het feit dat 1900 jaar geleden het boek Openbaring werd geschreven. Zie ook bij Getallen in Openbaring bij Onderwerpen op deze site. 

We weten over het  verblijf  van Johannes op het eiland bijna niets. Onder keizer Nerva is hij weer vrijgelaten en teruggekeerd naar zijn vroegere gemeente Efeze.

Vanuit Patmos heeft hij de hieronder genoemde zeven Klein-Aziatische gemeenten geschreven. Hij brengt aan niemand persoonlijk de groeten over.  Telkens gebruikt hij schuilnamen. Namen noemen zou te gevaarlijk zijn.

Wel kende hij de meeste voorgangers uit deze gemeenten.

Hier zie je de ligging van het eiland Patmos en de zeven kerken van Klein-Azië die aan de Romeinse postroute lagen. 

 

Postroute

Deze liep van Efeze via Smyrna, Pergamum, Tyatira., Sardes, Fladelfia naar Laodicea. Deze volgorde heeft ook de bijbel in Openb. 2 en 3! Voor deze plaatsen zie verder onder bijbelse plaatsen in Turkije op deze site.  Je ziet dat Patmos vlak voor de Turkse kust ligt, maar het behoort tot Griekenland. Vanaf het eiland wist Johannes dat achter de twee bergruggen (die hij bij mooi weer heel in de verte kon waarnemen in het oosten) de stad Efeze lag. Genoemde zeven kerken symboliseren de gehele christelijke kerk. Wie oren heeft moet horen wat de Geest tegen de gemeenten zegt (Open.2":2)

Daar, op dat eenzame eiland,  is de opgestane en verheerlijkte Heer aan Johannes verschenen als Wereldheiland. Het is een vervolg op zijn verschijningen ná zij opstanding. Hij is de Pantocrator , de Albeheerser, die zich na zijn verrijzenis ook zo openbaart aan zijn discipelen[1]

Apocalyps

Apocalyps betekent openbaring of onthulling. Het gaat daarin vooral over de onthulling van de geschiedenis. Het gaat over dezelfde wereld als die waarin de gemeenten leefden en waarin wij leven, maar dan bezien in het licht van de grote finale van de historie.

De Apocalyps laat ons een andere dimensie van de wereldgeschiedenis zien, een dimensie die we vandaag niet zo gemakkelijk opmerken.   We zitten midden in de eindstrijd tussen het Godsrijk aan de ene kant  en de demonische machten aan de andere kant maar de overwinning van de Kyrios, de Heer is zeker. Gewone plaatsnamen krijgen een dimensie van eeuwigheid.   Rome wordt Babylon en Jeruzalem wordt het Nieuw Jeruzalem.

Die brieven zijn gedateerd. Die brieven zijn niet tijdloos, ze zijn ook aan ons gericht. Wie een oor heeft, die hore wat de Geest tot de gemeenten  zegt

Het gaat in het boek Openbaring dus  niet over een oude man die Jezus nog gekend heeft en daarover gaat vertellen, maar over een boodschap van de Overzijde via Gods Geest aan Johannes!

Patmos is maar een klein eiland vóór de Turkse kust. Het was vroeger een verbanningsoord voor gestraften. Het eiland was ook  berucht als kapersnest.   Het stelt niet zo veel voor.  Het is alleen maar een bergrug in zee met enkele uitlopers Het ligt ten zuiden van Samos en ten  noordwesten van Kos. Het eiland behoort tot Griekenland. Er zijn geen beroemde mannen geboren. Johannes was er banneling.

Hier schreef  hij het  boek Openbaring. Het is niet de openbaring van Johannes, maar de openbaring van de opgestane en verhoogde Heer Jezus Christus aan Johannes.  Hier is de Heer hem verschenen.

 

Mijn verslag

De lucht is azuurblauw. Het is voorjaar. Wij zijn gaan zitten op een rotsige heuvel even beneden het Johannesklooster. Vóór ons ligt de zee. We zien enkele verscholen baaien verborgen achter vrij lage bergruggen.

De grootste inham bevindt zich in het midden van het eiland als de natuurlijke haven. Het zwakke bruisen van de branding maakt de stilte hoorbaar.

Hier heeft Johannes als een  stem  van een  grote schare en als een stem van vele wateren en als een stem van zware donderslagen gehoord  wat in Openb.19: 6  staat geschreven

Het valt me op dat hier drie keer het woordje 'als' gebruikt wordt. Het is niet de stem van een grote schare, maar het klinkt alsof het de stem is van een grote schare, een stem als van  een kokende zee.

De zee scheidde Johannes van de gemeenten in Klein-Azië. Als een wreed monster  hield de zee hem gevangen.  De zee was donker en dreigend. Trouwens voor alle joden was de zee symbool van onheil en dreiging.

We moeten allereerst denken aan de Middellandse Zee. Vooral tussen november en maart was die zee een bron van gevaar door de Eurakylon, de noordwesterstorm.  Ze werd  voor de joden teken van duistere machten.

Ik begrijp nu  zo goed dat Johannes over het Nieuw Jeruzalem schreef: en de zee is er niet meer (Openb.  21:1) We kijken naar het westen.  Daar ligt Rome.  Daar woonde vroeger keizer Domitianus.

Hij had zijn ambtenaren in Efeze in het jaar 95 opdracht gegeven Johannes naar Patmos te verbannen. Sinds 85 had hij goddelijke verering voor zich opgeëist.  Hij liet zich noemen Dominus et deus (Heer en god) Hij was net zo arglistig als argwanend. Zijn werkvertrek in Rome stond vol met spiegels  om te voorkomen dat iemand hem van achteren zou naderen. Hij is de belichaming van het beest uit de aarde.


[1] Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde