- Gaatje in je oor
- Gabbata
- Gadara
- Galatië
- Galilea der heidenen
- Galilea project
- Galilea werkgebied van Jezus
- Gat der Filistijnen
- Gebedsplaats /Vrouwen
- Gebedsplaats /Wraakpsalmen
- Gebedsplaats Auteurs
- Gebedsplaats Filippi
- Gebedsplaats Hogepreister
- Gelijkenissen
- Gelijkenissen en archeologie
- Geloven als relatie
- GelukkigNieuwjaar
- Gerar
- Gerasa en Gerasenen
- Gerizim
- Gerizim en Ebal
- Getal 1.000
- Getal 666
- Getallen in Openbaring
- Getsemane / Aardrijkskundig
- Getsemane / en Jezus
- Getsemane /Voorbede
- Getsemane/Mysterie
- Gezalfde /gezalfden
- Gezer
- Gibea
- Gibeon tijd David
- Gibeon tijd Jozua
- Gihon bron
- Gilead / Balsem
- Gilead / Jeftasdochter
- Gilead / Ramot
- Gilead / Sjibbolet
- Gilgal / Besnijdenis
- Gisjala / Paulus geboorte
- God altijd on-line?
- God/Alfabetisch
- Gods Gezicht
- Gods twee adressen
- Gods zegen
- Gods Zoon
- Godsverduistering
- Godverlatenheid
- Goede Vrijdag
- Gog en Magog
- Golgota / Vrouwen
- Golgota / Aardrijkskundig
- Golgota / Sluitsteen
- Golgota / Verzoening
- Golgota Achterberg
- Gordel
- Gosen
- Graf en opstanding (1)
- Graf en opstanding (2)
- Graf Jezus / Lijkwade
- Graf of Urn
- Graf van Jezus
- Grafkerk
- Graftuin
Gaatje in je oor
Gaatje in je oor Gij heb t mijn oren doorboord (Psalm 40 : 7)
Zo lezen we in de Statenvertaling. Het is een correcte vertaling. Het is een letterlijke vertaling. Niemand begreep wat deze woorden betekenden.
Ze stammen uit de slavenwereld. Het waren woorden die een slaaf tot zijn meester zei als hij vrij kon komen(bijvoor beeld in het Jubeljaar) maar toch liever bij zijn meester bleef omdat deze meester erg goed v oor hem was. Hij kon het niet beter treffen dan bij zijn eigen meester
De slaaf kon kiezen voor de vrijheid. Hij kon ook kiezen om slaaf te blijven. Dan gingen ze samen naar het heiligdom.
De meester zette de slaaf tegen de deurpost, nam een priem en prikte een gaatje door zijn oor.
Driehoeksrelatie
Nu is het een driehoeksverhouding geworden tussen God, hemzelf en zijn meester. Vervolgens krijgt hij een oorring als teken van verbondenheid. Vrijwillig heeft hij voor zijn meester gekozen en die keus is door deze plechtigheid bezegeld. Hij is een blijft een slaaf en toch ook weer niet, want hij heeft vrijwillig gekozen voor deze meester. Ze vertrouwen elkaar volkomen. De slaaf weet dat de meester alles voor hem over heeft. Hij is zijn eigendom. Dat is een plezierig gevoel bij zo’n meester. Onze Meester is de verrezen Heer. We zijn ons zelf niet meer Meester.
Wat is het enig houvast in je leven?
De Heidelbergse Catechismus kent in zondag 1 een dergelijke relatie. De eerste vraag is: wat is jouw enig houvast in leven en sterven? Het antwoord luidt:”Dat ik in leven en sterven het eigendom ben van Jezus Christus.
Gaatje in het oor
David zingt in Psalm 4o :”Ja Heer, ik heb ook een gaatje in mijn oor”. Wij hebben als christenen dat ook. Maar je moet zo’n moeilijke tekst lezen in de contekst. Onze oorring is onze doop. Ik ben Gods eigendom.” Wij als christenen zijn ook slaven, maar zo voelt dit niet. Wij dienen de Meester vrijwillig.