Rouwrituelen
Wanneer je een dode te betreuren hebt, scheer dan het haar aan je slapen niet weg en knip geen stukken uit je baard, kerf geen tekens in je lichaam en breng geen tatoeages aan . Ik ben de HEER (Lev. 19:27,28).
Bij de Kanaanieten
Je kunt vandaag steeds meer bijzondere rouwrituelen tegen komen.
Maar nooit zulke vreemde als de Kanaänieten vroeger gebruikten.
Een man in rouw was te herkennen aan de gaten in zijn baard .Bovendien waren zijn bakkebaarden weggeschoren zodat zijn gezicht een heel andere lijn had.
Tijdens heftige rouwrituelen had hij zelfs bloederige strepen in zijn borst gekerfd.
De littekens gingen nooit meer weg.
Dergelijke rouwrituelen waren heel gewoon in Kanaän. Maar Israël mocht dergelijke rouwrituelen niet in praktijk brengen.
In Israel niet toegestaan
Waarom mocht Israël dergelijke gewoonten niet hebben?
Het volk Israël was een volk apart.
Israël mocht die gewoonten niet overnemen.
Waarom dan niet? Wel, omdat achter al die buitenissige rouwrituelen een grote angst voor de dood verborgen was, die men door magische handelingen probeerde te overwinnen.
Magie
Men wilde de machten van dood en ontbinding bezweren.
Met zo’n bewegingloze, witte dode in huis voelde men zich zo machteloos.
En men wilde zich niet machteloos voelen.
Men werd op zo’n pijnlijke manier herinnerd aan zijn eigen eindigheid.
Met luid gejammer gaven de nabestaanden uiting aan hun verdriet.
Iedereen moest het weten dat iemand in hun kring was overleden. Het was in onze kerk vroeger ook gebruikelijk om ‘rouw in de kerk te brengen’.
Alle familieleden kwamen in het zwart naar de kerk en gingen vooraan bij elkaar zitten. Bij de Kanaänieten zat er nog meer achter.
Angst voor eigen dood
Dat was de angst voor eigen dood.
Die doodsangst wilde men met allerlei magische handelingen doorbreken.
Dat zag je vroeger vooral in Egypte.
Israël mocht daar niet aan mee doen. Het volk moest zich ver houden van alles wat met de dood te maken had. Wie een dode had aangeraakt was zelfs onrein.
Het raadplegen van doden was ook door God streng verboden.
Israel moest op God vertrouwen.
Israël hoefde helemaal geen doodsangst te kennen, want de HEER was de God van het Verbond. Hij ging met jou mee zelfs tot over de grenzen van de dood heen.
Er zou eeuwen later wel een mens komen die de macht van de dood zou overwinnen.
Nee, niet met allerlei bezweringsformules en magische handelingen, maar door zijn opstanding. Daarom is het Paasfeest altijd het grootste feest van de kerk geweest.