Qoemran / Sadduceeen
Qoemran / Sadduceeën
De Sadduceeen waren een politieke partij die altijd overhoop lag met de Farizeeen. Tijdens het proces rond Jezus werden ze erg agressief, omdat ze toen dachten dat door de grote aan hang van Jezus hun positie onder Herodes gevaar liep. Ze hadden de meerderheid in het Sanhedrin tijdens Jezus' leven.
Slechts een keer gingen ze debatteren met Jezus. Dat was in het gesprek over de opstanding. Daar moesten ze niets van hebben. Dood is dood. Net als de Griekse filosofen waren ze blij dat ze een keer van de lastige lichamelijkheid verlost zouden worden. Het ging immers om de geest. Het lichaam is een graf van de geest zeiden ze.
Ze wilden over de apostelen Johannes en Petrus het doodvonnis uitspreken. Gamaliel wist dit nog te voorkomen op het laatste moment.
Er werden in Qoemran vele rituele reinheidsbaden gevonden. Zo'n reinheidsbad heette een mikva.Zonder twijfel zullen niet alleen de Essenen, maar ook de 'trouwe zonen van Zadok" gebruik gemaakt hebben van deze mikva' door zich twee maal per dag in zo' bad onder te dompelen. In het jaar 31 werd dit bad gescheurd door een aardbeving zoals u nog kunt zien.
Verbllijfplaats van de Essenen waar de rollen gekopieerd werden (scriptorium)
De breuk onder de 'zonen van Zadok'
In de woestijn van Qoemran woonden ook veel gevluchte Zadokitische priesters uit Jeruzalem. De priesters die in Jeruzalem gebleven waren en niet de wijk naar de woestijn genomen hadden na het optreden van Hyrkanus werden door de Farizeeën Sadduceeën genoemd.
Wie waren toch die Sadduceeën? Ze worden in de Bijbel in één adem genoemd met de Farizeeën. Ze waren de vrijzinnige richting in het Jodendom. Ze loochenden de opstanding. Aan de dromen over een eindtijd gingen ze schouderophalend voorbij. Ze wilden er niets van weten dat God een oordeel zou uitspreken.: het eeuwige leven voor de “zonen van het licht” en vernietiging voor de ‘zonen van de duisternis. Ze geloofden niet in wonderen, niet in de opstanding en niet in engelen. Ze waren heel sterk beïnvloed door de Griekse filosofie. De Griekse wijsgeren vonden een opstanding van lichamen absurd (Hand.17 :32!).Bij de kruisiging van Jezus liepen de Sadduceeën vooraan bij de bespotting.(Matt.26:67, 68). Bespottelijk vonden ze het vreemde geloof. Ze spuwden Hem,, sloegen Hem in het gezicht en stompten hem en riepen spottend: Profeteer nu maar eens, lieve messias, wie jou heeft geslagen.”
De Sadduceeën waren blij dat ze bij hun dood van het lichaam verlost werden. Ze hechten veel waarde aan de menselijke rede (rationalisme) en politieke rust. Ze hadden meestal goede banden met de overheid en ze moesten daarom niets van politieke onrust hebben.
Politieke partij
De Sadduceeën waren in de tijd van Jezus een politieke groepering en hielden wel vast aan de Thora. In de tijd van Herodes de Grote is de partij versterkt door de toetreding van adellijke families. De kern van de partij bleef bestaan uit priesters, maar door de toetreding van grootgrondbezitters werd hun invloed steeds minder. Lucas bevestigt deze ontwikkeling..Hij noemt deze leden van het Sanhedrin die - geen priester zijn - “oudsten” (Hand.23:14).
De oorsprong van de Sadduceeën moet echter gezocht worden in een oud en bekend priestergeslacht, dat van Zadok. Als jongeman voegde Zadok zich bij David te Hebron en hielp hem het koningschap over heel Israël te verkrijgen. Zadok bleef David trouw. Ook bij de opstand van Adonia. Salomo beloonde deze trouw door hem aan te stellen als hogepriester. Nu wordt er in enkele geschriften uit de grotten van Qoemran gesproken over de ‘zonen van Zadok’. Zij worden genoemd “de priesters die het verbond bewaren”.Waren er soms ook “zadokieten” die het verbond niet bewaarden? Ja zaker. Om dat te weten te komen, moeten we teruggaan tot de tijd van de dynastie van de Hasmoneeën, midden van de tweede eeuw vóór Chr.
Simon de Makkabeeër
In de tijd van de Makkabeeën was het Simon de Makkabeeër die
zich bereid verklaarde hogepriester, veldheer en leider van het joodse volk te worden. Dat vonden vele Zadokieten verschrikkelijk. Velen namen de wijk naar de woestijn bij Qoemran. Zij werden genoemd de zadokieten die” het verbond bewaren”. Anderen pasten zich aan en streefden naar politieke macht bij de Hasmonese priester-koning. Deze Zadokieten werden geminacht door de Zadokieten in Qoemran. Zij maakten immers gemene zaak met de heidenen.
Maar de breuk zou nog groter worden tijdens de regering van de derde zoon van Simon de Makkabeeër. Hij heette Johannes. Die breuk onder de ‘zonen van Zadok’ is definitief geworden onder de regering van Johannes Hyrkanus in de laatste helft van de tweede helft eeuw vóór Chr.
Johannes Hyrkanus
Deze Hasmonese vorst maakte een formidabele zwenking toen hij aan de macht was gekomen. Hij had altijd samengewerkt met de Farizeeën. Hij verbrak deze samenwerking en ging een unie aan met de Sadduceeën. Hoe kwam dit toch? Dat vertelt ons Flavius Josefus. Hyrkanus nodigde eens belangrijke mensen uit voor een maaltijd. Tijdens het banket vroeg hij zijn gasten eens in het kort te zeggen in hoever hij tot dusver onjuiste beslissingen genomen had. Door alle aanwezigen op één na werd zijn staatsmanswijsheid geprezen. Eén Farizeeër die Eleazar heette stond op en sprak:”Majesteit, als u werkelijk op het pad der gerechtigheid wilt voortgaan, moet u de functie van hogepriester neerleggen en tevreden zijn met de koninklijke waardigheid”. Dat was tegen het zere been van de koning. Woedend werd Hyrkanus op Eleazar. De Sadduceeën wisten heel slim de koning ervan te overtuigen dat alle Farizeeën er zo over dachten. Dat was voor hem de reden om met de Farizeeën te breken en over te gaan naar het kamp van de Saddueeën.
Qoemran
Nu waren na de uittocht van de “trouwe zonen van Qoemran” in de tijd waarin Simon de Makkabeeër die zichzelf het hogepriesterlijk toebedeelde, er nog meer Sadduceeën die ernstige bezwaren hadden tegen het koninklijk beleid. Ook zij weken uit naar Qoemran. De overige Sadduceeën wilden het illegitieme priesterschap van Hyrkanus sanctioneren uit haat tegen de Farizeeën. Daarmee was de scheiding van de ‘zonen van Zadok’ definitief. Een deel bevond zich in Qoemran en een deel bleef hun functie trouw. Die priesters leverden zich onvoorwaardelijk uit aan de onwettige hogepriester van het Hasmonese huis. Toen de zonen van Zadok, “die het verbond bewaren” naar Qoemran waren uitgeweken, kwam als vanzelf de vraag op hoe men de priesters die het normale tempelwerk in Jeruzalem verrichtten, zou moeten aanduiden. Konden ze nog ‘zonen van Zadok’ genoemd worden nu ze zelfs hadden goed gevonden dat de Hasmonese vorsten de functie van hogepriester bleven bekleden? De Farizeeën wisten al gauw het antwoord.
Zadokim wordt Ziddikim
In hun woede dat ze het politieke spel verloren hadden en voor de priesters als aanhangers door dik en dun van Johannes Hyrkanus het veld hadden moeten ruimen, veranderden ze de naam Zadokim in Zaddikiem (Sadduceeën). De naam Sadduceeën is dus door de Farizeeën bedacht. De taalgoochelaars onder hen veranderden Zadokim in ZaddikimZo ontstond de naam “Sadduceeën”. Steeds meer werden zij een politieke groepering. Ze maakten vaak gemene zaak met de vijand. Macht en invloed waren hun grootste troeven. Ze waren net als de Farizeeën fel gekant tegen Jezus en zijn volgelingen, maar niet uit religieuze overtuiging. Hun instelling was meer praktisch van aard. Ze konden zich moeilijk handhaven tegenover de scherpzinnige en erudiete Farizeeën en ook tegenover hun afgescheiden broeders in de woestijn, die daar “het verbond bewaarden”.
De Sadduceeën en Jezus
De Farizeeën en Sadduceeën waren fel gekant tegen de regering van Herodes maar ze hadden ook ernstige bezwaren tegen het optreden van Jezus. Dat was de reden dat hun namen in de Bijbel in één adem genoemd worden. De Jeruzalemse Farizeeën gaven de toon aan bij het verzet tegen Jezus. Deze waren heel wat agressiever dan de bevolking van Galilea. Er moest volgens hen streng opgetreden worden tegen de Messiaanse beweging. Ieder die beleed dat Jezus de Messias is moest gestraft worden met radicale uitsluiting uit de Joodse gemeenschap (Joh.9:22, Hand.12:42). Al stonden de Farizeeën en de Sadduceeën mijlen ver van elkaar, tegen Jezus konden ze samen opereren. Het principiële verzet lieten ze graag aan de Farizeeën over. Bij de debatten bleven ze op de achtergrond. Slechts één keer traden ze op als gangmakers. Dat was bij de discussie over de opstanding.
Debat met Jezus
Zij meenden dat zij met de kennis van Deut.25:5 in hun achterhoofd sterk genoeg waren om het tegen Jezus op te nemen. “Als op de dag van de opstanding blijkt dat sommige vrouwen méér dan een man hebben gehad door middel van het geboden zwagerhuwelijk in Deut. 25: 5, met welke man zou die vrouw op de dag van de opstanding een paar moeten vormen?” Het antwoord van Jezus is verrassend. “In de eerste plaats trouwen de mensen niet bij de opstanding en zijn ze als engelen Gods in de hemel en bovendien is God geen God van doden, maar van levenden. God sprak immers Ik ben de God van Abraham, de God van Isaak en de God van Jakob e (Matt 22:32).De Farizeeën zullen minachtend dit gesprek hebben aangehoord. De Sadduceeën hadden dit gesprek met Jezus veel beter aan hen kunnen over laten meenden zij. Wat een gestuntel!!!. “Meester u hebt goed geantwoord” zeiden ze en daar mee gaven ze de Sadduceeën een lik uit de pan. Nee, dan konden zij het beter intelligenter, slimmer. Als zij horen dat de Sadduceeën na het antwoord van Jezus met stomheid geslagen zijn, stellen zij Hem een slimme vraag:Meester wat is het grote gebod in de wet?
Sadduceeën nemen het voortouw
Is het u ook opgevallen dat bij de verhoren en de voortgang van het proces, de hogepriesters telkens een grote rol spelen (Matt. 26:59)? Na de rechtstreekse confrontatie met Jezus in het sanhedrin (Matt 26:63) waren ze ervan overtuigd geraakt dat hun eigen positie bedreigd werd. De Sadduceeën werden nu zeer agressief. Maar het heeft me getroffen dat Jezus zo rustig blijft en het debat volkomen beheerst. Als de hogepriester zeer opgewonden aan Jezus vraagt:Ik bezweer u bij de levende God, zeg ons of u de Messias bent, is het antwoord van Jezus. “Inderdaad U zegt het”. (Matt. 26: 64 e.v.). Ze kwamen tot een verhoogde staat van paraatheid. Het gevolg hiervan is geweest dat de jonge kerk het meest te duchten heeft gehad van de partij van de Sadduceeën. Zij waren heftig verontwaardigd dat Petrus en Johannes verkondigden dat er een opstanding der doden was op grond van wat er met Jezus was gebeurd (Hand.4:1). Ze waren helemaal van de kaart toen zij ook bemerkten dat vanuit de steden rond Jeruzalem de mensen bleven toestromen om de apostelen te zien en te horen. Ook met zieken en gehandicapten kwamen ze bij de apostelen.” Dat wordt toch veel te gek. Nu moeten we direct ingrijpen” dachten de Sadduceeën (Hand. 4:1). Laten we de tempelwacht meenemen.”Als de Messiaanse beweging de overhand krijgt, komt er politieke onrust en loopt onze positie gevaar.” Zo dachten ook de grootgrondbezitters die zich bij de Sadduceeën hadden aangesloten. Lucas noemt hen:oudsten. Als de Farizeeër Gamaliël er niet in geslaagd zou zijn de fanatieke Sadduceeën tot bedaren te brengen, zouden Petrus en Johannes na hun arrestatie zeker het doodvonnis over zich hebben horen uitspreken. Hand. 5:21-33).
P.S. Ik heb bij dit artikel een dankbaar gebruik gemaakt van het boek van Dr. H. Mulder De Sadduceeën, deconfessionalisering in bijbelse tijden (1973).