A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Ceders


De Libanon is uit de bijbel vooral bekend door zijn cederbomen.

 Tempel

Koning Salomo heeft voor de bouw van de tempel in Jeruzalem veel van deze  machtige cederbomen  laten kappen. 

 

Hij stuurde koning Chiram van Tyrus bericht met het verzoek om ceders te kappen op de Libanon. "Mijn knechten zullen de uwe daarbij  helpen. Ik zal uw knechten het loon betalen dat u mij vraagt, want zoals u weet beschikken wij niet over zulke goede houthakkers als de Sidoniërs (1 Kon.  5:20).

 

 

 

Net als de Egyptenaren en de Assyriërs versierden de Israëlieten hun tempels (de eerste en ook de tweede) en hun paleizen met cederhout. Vooral Egypte, dat bijna geen bomen bezat,  heeft ongelooflijk veel cederhout geïmporteerd uit Fenicië. We kennen het bericht van een piramidebouwer uit Egypte die een vloot van 40 schepen naar Fenicië stuurde om er cederhout te halen.

Er is een tijd geweest dat alle hellingen van de Libanon bedekt waren met cederwouden. Cederhout was erg geliefd bij de bouw van paleizen en tempels omdat het zo duurzaam was. Ook de masten van schepen werden van dit hout gemaakt. Houtwormen moesten  hier niets van hebben. Het is zo hard en de smaak is zo bitter, dat deze dieren hun kracht liever op een andere houtsoort beproeven.

Vandaag kun je weinig ceders meer aantreffen. Enkele staan nog bij de uitlopers van de laatste gletsjer van de Libanon.

In Ezechiël 31: 3 wordt de farao van Egypte vergeleken met een machtige, majesteitelijke ceder: "Ooit was er een ceder van de Libanon, met mooie takken, als een woud dat schaduw geeft,duizelingwekkend hoog, zijn kruin raakte de wolken".

 Beeld van macht en majesteit

 Een cederboom is in de bijbel het beeld van macht en majesteitelijke  grootheid. 

Als Jesaja vraagt "Met wie wil je God vergelijken, hoe is hij uit te beelden?" dan zijn zelfs de machtige ceders van de Libanon nog niet geschikt.  Hij is onvergelijkbaar in zijn majesteit! (Jesaja 40:18) Wie hoopt op de Heer krijgt nieuwe kracht,  hij rent maar raakt niet uitgeput (Jes. 40:31).

Israel als een cederboom 

I

Israël wortelen als een ceder op de Libanon, zijn jonge loten zullen uitlopen. Israël zal geuren als de ceders op de Libanon (Hosea 14) 

Het wortelstelsel van de ceder bestaat uit grote dikke wortels plus nog een heleboel kleine, fijn vertakte worteltjes. Daarmee is de ceder een echte berg-boom, die zich  zelfs aan echte berghellingen kan vastklampen. Het gebeurt vaak dat op zo’n dikke wortel een jonge scheut omhoogschiet. Het jonge boompje maakt zelf ook weer wortels aan, die tussen de dikke stronken van de moederboom doorkronkelen. Zo krijg je een stevig verankerd cederbos.

Israël zal ook nog eens geuren als de cederboom. Cederhars en cederolie hebben een volle, zoetige houtgeur, die ontspannend werkt. Wat een uitstraling zal dit nieuwe Israël hebben!

Over welk Israël gaat dit? Het tienstammenrijk is voor goed verdwenen. Het gaat bij al die beelden die Hosea beschrijft in het veertiende hoofdstuk om het nieuwe Israël aan te duiden  Het gaat  over die oude Olijfboom uit Romeinen 11:Niet u draagt de wortel, maar de wortel u! :Christenen uit de heidenen zijn als wilde loten ingeënt op de saprijke olijf!!